DE 7 TOT 9 LAGEN VAN EEN EETBARE BOSTUIN

Eetbare bostuinen, ook wel bekend als voedselbossen, zijn een populair onderdeel van permacultuur. Door verschillende ontwerpprincipes van de permacultuur te gebruiken is het voor iedereen mogelijk om een bos te ontwerpen vol met eetbare en andere nuttige planten.

09-the-seven-layers-of-a-forest-garden

 

Denk aan verschillende lagen noten- en fruitbomen zoals tamme kastanjes, walnoten, hartnoten en appel-, peer– en kersenbomen. Hieronder kunnen weer noten- en fruitstruiken staan zoals hazel– en lambertsnoten, frambozen, bosbessen, rode en zwarte bessen etc. Daarbij kunnen er eetbare klimmers in de bomen groeien, denk aan Japanse wijnbes, braam, boysenbes of zelfs een Siberische kiwi. Daaronder  of in open plekken in het bos kunnen groentes, bloemen en kruiden groeien als kruizemunt, daslook etc. En laten we niet de knolgewassen vergeten als aardperen en yacon. En als laatste zijn er nog de bodemkruipers zoals aardbeien en vele leden uit de pompoen familie (Cucurbitaceae) die over de bodem kunnen kruipen.

Het grote voordeel van een eetbare bostuin is dat alle ecologische niches gevuld worden. Hierdoor wordt de zon en de bodem optimaal gebruikt door de verschillende lagen nuttige planten en is onkruid een veel kleiner probleem. Door verschillende lagen voedsel onder elkaar te groeien zoals in dit systeem wordt ook de opbrengst per vierkante meter groter. Ten slotte heb je met een eetbare bostuin op termijn telkens minder onderhoud omdat het een ecosysteem is wat grotendeels in balans is net zoals natuurlijke climax-ecosystemen. Door slim de permacultuur ontwerpprincipes toe te passen kun je een eetbaar bos maken met de veerkracht van een natuurlijk ecosysteem. Dit heeft voordeel voor de mensen en voor de natuur.

Voor meer informatie download gratis het Nederlandstalige: “Basishandboek Aanleg en Beheer van Voedselbossen”, door Anastasia Limareva.